Primo - interview door Dennis Guilliams met Frederik Cnockaert Kunstrestaurateur.
Hoe ben je in dit vak gerold ?
Vanuit de keramiek die mijn moeder maakte, kwam mijn interesse om zelf kunst en vooral keramiek te creëren. Deze kunstvorm heeft spoedig plaats geruimd voor de teken en schilderkunst. Ik zocht ook naar iets dat ik goed kon en waarmee ik ook wat kon bereiken. Mijn vader had aanzien in onze gemeente als burgerlijk ingenieur maar ik was te slecht in wiskunde om daarin verder te gaan. Ik besloot om het over een andere boeg te gooien en om geen ingenieur te worden. Ik kon goed tekenen en zag een grote artistieke carrière in het verschiet, totdat ik na een tijdje besefte dat het restaureren van kunst mijn finale roeping is.
Waar een wil is, is een weg !
Ik heb eerst klassieke humaniora gestudeerd aan het Sint Amandscollege van Kortrijk en ging daarna opeenvolgend naar de Brugse Academie, het Hoger Instituut Sint-Lucas Gent en de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Gent. De lessen daar interesseerden mij maar matig. Ik zat te dromen van een leven als grote kunstschilder. De grote Meesters als "Pieter Paul Rubens" en " Jan van Eyck " waren mijn eerste grote voorbeelden. Ik wou vooral leven en schilderen zoals de klassiekere meesters, maar sommige leraren waren minder enthousiast. Het kwetste mij wel als ze mompelden dat bijvoorbeeld een voet een beetje te scheef stond, of een hand wat te dikke vingers had... Het klassiek schilderen liet toe om oneindig veel opmerkingen te maken en ambachtelijk schilderen was toen echt niet in de mode.
Tot overmaat van ramp was ook mijn vader geen fan van het feit dat ik een kunstopleiding volgde en daardoor zat ik die periode minder goed in mijn vel.
Ik panikeerde en dacht nooit mijn brood te kunnen verdienen om een gezin te kunnen stichten met dit artistiek beroep. De tientallen portretten die ik toen gemaakt heb, heb ik bijna allemaal vernietigd vlak voor het eindexamen na vier jaar opleiding schilderkunst aan de hogeschool Sint - Lucas. De examinators vroegen me toen waar mijn schilderijen waren… maar ik had ze allemaal in de container gegooid.
Ze waren naar mijn gevoel niet goed genoeg in vergelijking met de portretten die Rubens maakte. Mijn moeder, vader, zus en broer — die maanden aan een stuk geposeerd hadden voor hun levensgroot portret — waren wel absoluut “ not amused ”
Primo interview met frederik cnockaert voor topservice
1. 1
Primo- interview doorDennis Guilliams met Frederik Cnockaert Kunstrestaurateur.
Hoe ben je in dit vak gerold ?
Vanuit de keramiek die mijn moeder maakte, kwam mijn interesse om zelf kunst
en vooral keramiek te creëren. Deze kunstvorm heeft spoedig plaats geruimd voor
de teken en schilderkunst. Ik zocht ook naar iets dat ik goed kon en waarmee ik ook
wat kon bereiken. Mijn vader had aanzien in onze gemeente als burgerlijk ingenieur
maar ik was te slecht in wiskunde om daarin verder te gaan. Ik besloot om het over
een andere boeg te gooien en om geen ingenieur te worden. Ik kon goed tekenen en
zag een grote artistieke carrière in het verschiet, totdat ik na een tijdje besefte dat
het restaureren van kunst mijn finale roeping is.
Waar een wil is, is een weg !
Ik heb eerst klassieke humaniora gestudeerd aan het Sint Amandscollege van
Kortrijk en ging daarna opeenvolgend naar de Brugse Academie, het Hoger Instituut
Sint-Lucas Gent en de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Gent. De
lessen daar interesseerden mij maar matig. Ik zat te dromen van een leven als grote
kunstschilder. De grote Meesters als "Pieter Paul Rubens" en " Jan van Eyck " waren
mijn eerste grote voorbeelden. Ik wou vooral leven en schilderen zoals de klassiekere
meesters, maar sommige leraren waren minder enthousiast. Het kwetste mij wel als
ze mompelden dat bijvoorbeeld een voet een beetje te scheef stond, of een hand
wat te dikke vingers had... Het klassiek schilderen liet toe om oneindig veel
opmerkingen te maken en ambachtelijk schilderen was toen echt niet in de mode.
Tot overmaat van ramp was ook mijn vader geen fan van het feit dat ik een
kunstopleiding volgde en daardoor zat ik die periode minder goed in mijn vel.
Ik panikeerde en dacht nooit mijn brood te kunnen verdienen om een gezin te
kunnen stichten met dit artistiek beroep. De tientallen portretten die ik toen
gemaakt heb, heb ik bijna allemaal vernietigd vlak voor het eindexamen na vier jaar
opleiding schilderkunst aan de hogeschool Sint - Lucas. De examinators vroegen me
toen waar mijn schilderijen waren… maar ik had ze allemaal in de container gegooid.
Ze waren naar mijn gevoel niet goed genoeg in vergelijking met de portretten die
Rubens maakte. Mijn moeder, vader, zus en broer — die maanden aan een stuk
geposeerd hadden voor hun levensgroot portret — waren wel absoluut “ not amused
” toen ze dit vernamen….
Ik schilderde later abstract werk maar ben uiteindelijk toch niet afgestudeerd "
magna cum laude"... Ik volgde daarna nog twee jaar gespecialiseerde restauratie
opleidingen aan de Academie voor schone Kunsten en mocht praktijkstage lopen in
2. 2
het Museum van Gent. Ik kreeg daarna vervolgens spoedig aanbiedingen om te
restaureren in loondienst bij de Musea. Eerst twee jaar bij de Antwerpse Musea en
daarna 8 jaar bij die van Brugge. Ik ben zelfstandige geworden omdat ik een vrije
vogel wou zijn... In mijn leven was ik tot nog toe nooit werkloos, en had het geluk dat
dit ook nooit hoefde. Ik kon naast het schilderen en restaureren 20 jaar lang les
geven aan diverse scholen zoals schilderen Academie Wevelgem, de VDAB Kortrijk,
VDAB Roeselare en kunst restauratie aan Syntra West Brugge ( 20 jaar) , .... waarbij
ik leerlingen had van alle leeftijden, daar leerde ik veel uit. Door in contact te komen
met alle sociale lagen uit de bevolking groeide mijn sociaal voelen. Tijdens al die
jaren met allerhande lesopdrachten, kreeg ik gelukkig ook hoe langer hoe meer
restauratie opdrachten die erg gewaardeerd werden en waardoor ik daar nu voltijds
van kan leven. Mijn lesopdrachten heb ik onlangs beëindigd omdat mijn
atelierwerk veel van mijn tijd en energie opslorpt.
Welke diensten bied je aan met je kunst- en restauratieatelier ?
Ik ben gespecialiseerd in de restauratie van schilderijen, beelden, vergulde kaders en
en polychromie. Occasioneel maak ik ook replica’s van dure kunstwerken zodat de
originelen achter slot en grendel kunnen..Mijn opdrachtgevers zijn naast de
particulieren, kunstgalerijen, antiquairs, musea, gemeenten en andere overheden en
kerken, en dit zowel in zake expertise opdrachten, adviezen allerhande en uiteraard
voor het grootste gedeelte specifieke restauratiewerken.
Is het moeilijk om rond te komen als restaurateur ?
Aanvankelijk verdiende ik amper mijn boterham. Ik kreeg eerst als ambtenaar ook
maar tijdelijke contracten die steeds jaarlijks verlengd moesten werden…Zo kreeg
ik bij het "Memling Museum" acht jaar lang telkens opnieuw een jaarcontract ter
vervanging van een vastbenoemde conservator die telkens opnieuw één jaar
loopbaanonderbreking nam.. .
Krijg je opdrachten om werken te kopiëren ?
Ik krijg wel al opdrachten om kopies te maken van bijvoorbeeld een schilderij van
"James Ensor", "René Magritte", " Paul Delvaux". De originelen plaatsen de
gefortuneerde eigenaars daarna in hun kluis uit veiligheidsoverwegingen en mijn
kopie komt discreet in hun living....
Bezoek je graag Musea ?
Ik kan echt vele dagen in musea zitten en kijken naar de meesterwerken. In The
National Portrait Gallery van Londen heb ik me voeger toen ik nog zeer jong was
eens laten opsluiten met mijn zaklamp, omdat ik een nacht de schilderijen rustig
voor mij alleen wilde om te bekijken. Nadat het alarm afging heeft de politie mij eruit
gegooid. Gelukkig had ik toen een vriend die het goed kon uitleggen op het
3. 3
politiebureau. Er was blijkbaar de dag erop hoog bezoek en men verdacht mij van
een terrorist te zijn die een bom wilde verstoppen……
Was je destijds bezig met hetzakelijke aspect van dit beroep.
Geld en zaken doen interesseerde mij maar matig. Maar intussen nadat ik met mijn
zaak begonnen ben moest ik natuurlijk wel interesse in geld krijgen. Ik moest wel
projecten aanpakken die de nodige centen in het laadje brengen, naast particuliere
opdrachten neem ik ook meer en meer deel aan openbare aanbestedingen. Het
cliënteel, evolueert mee met de tijd ..maar dit zal het geval ook wel zijn bij andere
zelfstandige beroepen. Inzake de restauratie van religieuze kunst zijn de kerkelijke
overheden niet meer even kapitaalkrachtig als zestig jaar geleden, gezien de alsmaar
groter wordende ontkerkelijking. Er zijn ook minder kapitaalkrachtige gelovigen die,
zoals lang geleden het geval was, restauraties van werken van de kerk uit eigen zak
betaalden , uit barmhartigheid omwille van hun godsdienstige overtuiging. Het
gevolg daarvan is dat er minder geld beschikbaar is voor de financiering van
dergelijke restauratiewerken. De staat is ook minder gemakkelijk in het geven van
subsidies tenzij aan de grote Topstukken....
Ben je verslaafd aan je job?
Mijn beroep is mijn passie, ja. Ik sta al 25 jaar bijna steeds om 6 uur ’s morgens op, en
vaak zit ik ook op zondag in m’n atelier te werken. Ik heb er al aan gedacht om m’n
leven over een andere boeg te gooien, want uiteindelijk komt er van een sociaal
leven te weinig in huis. Een partner heb ik momenteel ook niet, en een geschikte
levensgezellin vinden is trouwens niet zo evident want zeg zelf, welke vrouw wil nu
dat haar man zeven dagen op zeven, inclusief de weekends in zijn atelier zit te
werken ?
Nee, zij wil natuurlijk ook eens samen gaan winkelen, naar de bioscoop of wandelen
aan zee en noem maar op, hetgeen ook niet meer dan normaal is.
Gelukkig kan ik rekenen op de steun van mijn ouders. Ze wonen naast mij, zodat ik
uiteindelijk aan verzorging en medeleven niets tekort kom en ik mij verder continu
en voor 100% aan mijn maîtresse, zijnde “mijn werk” en “ambities” op kunstvlak kan
wijden…Ik ben getrouwd met mijn werk....
Is je job gevaarlijk?
De producten die ik gebruik, bevatten soms giftige en kankerverwekkende stoffen.
Voor sommige handelingen draag ik handschoenen en een gasmasker, maar ik ben
er geen grote fan van. Als je restaureert en je moet met rubberen handschoenen een
schilderij reinigen, dan heb je geen feeling ermee. Je kan dan het werk in kwestie niet
goed “aanvoelen”.
4. 4
Heb je al eens meegemaakt dat je per ongeluk eten of drinken op een schilderij
morst ?
Nee, als Bourgondiër zou dat natuurlijk kunnen, maar ik eet en drink niet in mijn
atelier. De klanten zelf hebben dit weleens voor tijdens hun souper, of zien hun werk
door toeval beschadigd. Veelal is dat niet zo erg, zeker als het op olie- of acrylverf is.
Dit kan door een deskundige gereinigd worden… Voor een vermogende klant moest
ik onlangs een werk van een bekende Belgische schilder restaureren en herstellen.
Het werk, zo groot als een A4-blad, maar wel een dat duizenden euro’s waard is, was
van de muur op de grond gevallen en het kunstwerk zelf was beschadigd. Dat is nu
éénmaal mijn werk. Maar natuurlijk doet zelfs de kleinste schade de waarde van om
het even welk kunstwerk soms ernstig dalen…
Maar als er iets foutloopt, kan het zijn dat je failliet bent voor de rest van je leven
?
Nee, uiteraard niet. Verzekeringen zijn duur maar zijn nu éénmaal broodnodig om
zowel de belangen van de opdrachtgever als die van de uitvoerder veilig te stellen.
Gelukkig, hout vasthouden, is er bij mij nog nooit een schadegeval gebeurd. Iedereen
kan enkel hopen dat hij nooit niets aan de hand krijgt : een nieuwe dure auto laat je
ook goed verzekeren….
Hoe kan je het verschil zien tussen een echtschilderij en een replica ?
Je kan dat zien door ervaring, maar ook door met een microscoop te kijken naar de
manier van schilderen, de verf, de ouderdom, het papier, doek of paneel,… : stemt
dat allemaal overeen met de periode waarin het werk in kwestie gemaakt werd? De
“signatuur” zit in de techniek, verfbehandeling, materiaalkeuze, kleurgebruik en
opbouw van het werk (eerder dan in de loutere handtekening). Niet zozeer in de
compositie, want die kan iedere kopiist eenvoudig overtrekken of zelfs een beetje
veranderen. Wetenschappelijk kan het scheikundig onderzoek van het bindmiddel
soms ook soelaas brengen. Iedere expert beschikt natuurlijk over controle methodes
die hij niet zomaar publiek maakt: ervaren koks geven de recepten van hun
succesvolle gerechten ook niet zomaar prijs…
Welke zijn de grootste vijanden van een kunstwerk?
Teveel licht en teveel vocht en vooral de mens zelf. Slechte restauraties vernietigen
dikwijls veel schoonheid.. Maar ook slechte bewaaromstandigheden.. Ik heb in mijn
atelier een speciale ontvochtiger, maar de dikke muren zijn prima geïsoleerd. Ook
voor de behandeling van houtworm of het desinfecteren van schimmelaantasting
wordt onze expertise ingeschakeld. Net als voor het behandelen van nog redbare
brand- en waterschade.
5. 5
Opvallend: tijdens het restaureren van een werk “praat” je virtueel met de
kunstenaar.
Als je toch alleen bent, en als ik zelf met de restauratie van het kunstwerk bezig ben,
ben ik uiteraard alleen, om zeer geconcentreerd te kunnen werken, en dan ervaar ik
regelmatig een soort van communicatie, zeg maar verbinding die er ontstaat tussen
mijzelf , het werk en de kunstenaar die het maakt. Dit is een gevoel dat moeilijk uit te
leggen is… Waarom kijkt dat mooie meisje dat daar alleen zit op die bank in het park,
zo intens treurig ? Is dat omdat haar geliefde haar in de steek heeft gelaten ? Of is
haar lievelings oma gestorven ? Je laat je gedachten de vrije loop en begint te
fantaseren. Of ik beeld me in hoe of op welke wijze de kunstenaar vroeger zelf zijn
verf moest maken of zijn doek moest prepareren. Dat was niet zoals vandaag dat je
gewoon maar op een tube verf moet duwen, dat was destijds nog een “echt
ambacht”.
Denk je dat men hetontbrekende paneel van het Lam Gods ooit nog zal vinden ?
Ik denk het niet, maar je weet natuurlijk nooit. Topschilderijen werden tijdens de
oorlog soms overschilderd om de Duitsers te misleiden. Zo wilde men voorkomen
dat het meegenomen of gestolen werd: Welke de echte feiten in dit verband zijn,
weet vandaag de dag nog niemand met enige zekerheid..
Stel dat ik kan regelen dat je de Mona Lisa 48 uur lang boven je bed zou kunnen
hangen, zou je daarop ingaan? Of zou je dat gevaarlijk vinden?
Ja, als iemand de verzekering betaalt in mijn plaats !
Op de Mona Lisa zou ik dan sowieso “een klein reinigingstestje” willen zetten langs
de randen, om te zien of het wel het echte origineel is. Ik vermoed namelijk dat de
kans groot is dat dit testje heel veel interessants aan het licht zou brengen. Er
bestaat namelijk een theorie dat er van het bewuste schilderij “ de Mona Lisa” wel
een stuk of vijftig oude versies bestaan. Er zijn er zelfs een aantal bij met een naakt
bovenlichaam. Men denkt dat het oorspronkelijke Model topless poseerde, en ook zo
geschilderd werd, maar dat destijds een restaurateur dit overschilderde omdat de
preutse burgerij dit in de 19 de eeuw niet wilde. Ook ik heb al veel overschilderde
lichaamsdelen aldus blootgelegd.
Hoe groot of hoe klein acht jij de kans dat er — uit veiligheidsoverwegingen —
een replica van de Mona Lisa in het Louvre hangt?
Ik stond daar nog nooit bij stil. Maar mocht het zo zijn, dan gaat men ons dat niet
vertellen, natuurlijk. Als er één ding is, dan is dat ik na 25 jaar ervaring in de
kunstwereld ondervonden heb, dat discretie, in deze sector erg belangrijk is.
6. 6
Dit artikel is verschenen in Primo naar aanleiding van Topservice televisie
Programma op VRT Tv één.
De tekst hieronder is gegeven door de VRT.
We bezoeken de Kunstrestaurateur professional Frederik Cnockaert in zijn privé
kasteel en starten van bij zijn ontbijt... waarna hij zijn klant bezoekt, een kasteelheer
uit Rumbeke, alwaar hij enkele werken meeneemt om te restaureren. Frederik is
joviaal en vriendelijk in zijn omgang naar de kunsteigenaar toe, maar de eigenlijke
topservice levert hij aan de kunstenaar zelf. We zien hem ook aan het werk in zijn
kunstatelier…Zoals het een echte Vlaming betaamt heeft Frederik een vurig
temperament en over alles een uitgesproken mening. Hij wordt met zijn extraverte
persoonlijkheid “het enfant terrible “ van de kunstwereld genoemd.
“ Als ik een kunstwerk aan het restaureren ben, dan praat ik met de kunstenaar. Ik ga
op zoek naar de ziel van Permeke of Delvaux,…, De kunstenaars zitten steeds in mijn
hoofd.”
Frederik heeft een vlotte spontane babbel en kent veel mensen uit de kunstwereld.
Hij vertelt guitig anekdotes over bekende kunstenaars.
Hoewel Frederik vlot in de omgang is, heeft hij nog geen levensgezel gevonden.
Kunst is dan ook Frederik’s grote geliefde.
“ Kunst is de rode draad doorheen mijn leven, ik heb telkens een intenserelatie met
het werk die ik mag restaureren. Ik heb ook relaties gehad met vrouwen, en een
fantastische dochter, maar de kunst komt op de eerste plaats. Waarschijnlijk is het
daarom dat ik nog steeds vrijgezel ben....”
Topservice reality-tv reeks afl. 9- 31min. uitzending maandag 22 mei 2017 .